1998 bedacht Bert, nu oudlid van Albatros, het extra volleybalseizoen. Hoe is het Oosterparkvolleybal eigenlijk begonnen en heeft hij nog leuke herinneringen?
Aftanken
“Dat is ongetwijfeld na het volleyballen in de kantine geboren tijdens het aftanken. Meerdere mensen vonden die twee maanden celibaat maar niks, zo ook ikzelf, volleybal was mijn lust en leven, eigenlijk nog steeds maar door m’n visuele handicap werd het einde oefening. Ik had in die periode vanuit mijn buurtactiviteiten de nodige contacten bij het stadsdeel en ben daar eens gaan shoppen: of zij faciliteiten hadden, net, palen en zo. Ik wist dat in de speeltuin bijvoorbeeld van oudsher ook gekorfbald werd.”
Sleutel
“En verdomd, ze hadden palen en net en we mochten daar gebruik van maken. En we kregen zonder mankeren de sleutel van het materiaalhok; maar goed we waren dan ook oude bekenden als vereniging. Het sloeg aan, ook oude bekenden, ik ben de namen even kwijt, kwamen gezellig langs. De opkomst was goed, meestal een vol veld en indraaien geblazen. Als het te hard regende werd het niks, gras werd ook te glad. Eerst hadden we alleen het materiaal van het stadsdeel, maar op een gegeven ogenblik vond ik bij Perrysport voor een paar tientjes een simpel beachsetje wat me wel leuk leek voor mijn kids op de camping. Dat is ook ingezet als er teveel mensen waren en indraaien wat onhandig werd.”
Oosterparkvolleybalrecord: 18 mensen op 1 veld. Dat staat mooi naast het record van 20 spelers op 2 velden. Volgende week de laatste keer!
— Albatros Clubblog (@Clubblog) August 13, 2013
Memoires
“Nou ja, het leukste was natuurlijk de ontspannen sfeer. Een Arno met zijn opmerkingen en commentaar, en zo. Oh ja, wat betreft dat extra netje, die vond ik een leuke. Het was een, zoals gezegd, simpel dingetje met buisjes van heel dun blik om het licht te houden, en bedoeld om het op het strand te gebruiken (dan kon je de palen makkelijk in de grond zetten). Dus wat gebeurt, Jan in zijn perfectie wil de paaltjes stevig in de grond zetten en gaat met zijn volle gewicht aan zo’n blikken paaltje hangen. Je raadt het al, paaltje knikt. Jan voelt zich vreselijk schuldig, maar heeft een oplossing: Hij heeft als reparatie zo’n andreaskruis van een lundia rek in het paaltje gestopt. Niet tegen te spreken, het paaltje stond weer, maar licht gewicht was het niet meer. Tot zover mijn memoires. Wel heel apart te horen dat het nog steeds volop in leven is.”
Geef een antwoord